Direct naar de inhoud.

Hypotheekvormen voor doorstromer

Als u uw huidige woning verkoopt en een nieuwe woning koopt, krijgt u mogelijk te maken met nieuwe belastingregels rond de eigen woning en de hypotheekrenteaftrek. Het is afhankelijk van uw situatie voor welke hypotheekvormen u in aanmerking komt.

Welke hypotheekvorm u kunt kiezen, is afhankelijk van uw situatie:

  • U verhuist en hoeft geen extra lening
    Verhuist u naar een andere woning, had u al een hypotheek op 31 december 2012 en heeft u geen aanvullende hypotheek nodig? Dan gelden de nieuwe belastingregels niet en kunt u uw huidige hypotheekvorm meenemen naar uw nieuwe woning. De geldverstrekker beoordeelt aan de hand van de geldende regels voor hypotheekverstrekking wat uw mogelijkheden op dat moment zijn.
  • U verhuist en heeft een extra lening nodig
    U krijgt te maken met de nieuwe regels als u een aanvullende hypotheek nodig heeft. Voor de aanvullende hypotheek geldt dat u deze binnen 360 maanden (30 jaar) geheel en minimaal annuïtair moet aflossen om in aanmerking te komen voor hypotheekrenteaftrek. Dit betekent dat u voor deze lening kunt kiezen tussen een annuïteitenhypotheek en een lineaire hypotheek. Voor de bestaande hypotheek blijven de huidige regels gelden. U kunt deze hypotheekvorm meenemen naar de nieuwe woning. U bent niet verplicht om bij dezelfde geldverstrekker te blijven.
  • U verkocht uw woning in 2012 en huurt sindsdien
    De jaren waarin u sinds 2001 renteaftrek hebt gekregen worden in mindering gebracht op de jaren dat u nog recht heeft op renteaftrek. Om recht op renteaftrek te behouden, moet u uw volgende hypotheek minimaal annuïtair aflossen. Hiervoor geldt de maximale termijn van dertig jaar. De jaren waarin u tot en met 2012 renteaftrek kreeg, worden in dit geval in mindering gebracht op het aantal jaren dat u nog recht heeft op renteaftrek, maar niet op het maximum aantal jaren dat u mag aflossen om op die renteaftrek recht te houden.
  • U heeft uw woning verkocht in 2014 en koopt een woning in 2015
    Heeft u vanaf 2012 een eigen woning, waarop een hypotheek rustte, en deze verkocht in 2014? Dan valt u voor de hoogte van de hypotheekschuld van uw voormalige woning bij de aankoop van een nieuwe eigen woning in 2015 onder het overgangsrecht. De overdracht van de woning moet dan wel plaatsvinden voor eind 2015. U bent dan niet verplicht om uw bestaande hypotheek minimaal annuïtair af te lossen. U kunt de bestaande hypotheekvorm meenemen naar de nieuwe woning. Heeft u een hogere hypotheek nodig, dan gelden voor het aanvullende deel de nieuwe belastingregels en moet u deze aanvullende hypotheek verplicht minimaal annuïtair aflossen.
  • U verkoopt uw woning in 2015 of erna en gaat huren
    Verkoopt u in 2015 of in de jaren erna uw woning, huurt u tussentijds een woning en koopt u vervolgens op een later moment een nieuwe woning? Dan valt u met uw bestaande hypotheek onder het overgangsrecht als u een nieuwe eigenwoningschuld aangaat binnen het lopende jaar of het daarop volgende kalenderjaar. Als u uw woning dus in 2015 verkoopt, moet uw hypotheek voor uw nieuwe woning voor eind 2016 passeren. En als uw woning in 2016 verkoopt, moet uw hypotheek voor uw nieuwe woning uiterlijk eind 2017 passeren, et cetera. Dan moet ook de overdracht van de woning hebben plaatsgevonden. Voldoet u hieraan, dan kunt u desgewenst uw bestaande hypotheekvorm meenemen naar de nieuwe woning. Heeft u een hogere hypotheek nodig, dan gelden voor dit deel wel de nieuwe belastingregels. De aanvullende hypotheek moet u minimaal annuïtair aflossen.
    Als het passeren van de hypotheekakte voor de aankoop van de nieuwe woning later plaatsvindt, dan moet u de volledige hypotheek voor de nieuwe woning minimaal annuïtair aflossen.

 

Bron: http://www.eigenhuis.nl

Huis kopen zonder vast contract

Werknemers zonder vast contract kunnen vanaf eind november bij meer geldverstrekkers terecht voor een hypotheek. Ook Rabobank, ABN Amro, Aegon, Florius, ING en SNS Bank accepteren dan een perspectiefverklaring, die iets zegt over inkomenszekerheid in plaats van baanzekerheid.

Dat maakten de initiatiefnemers van de perspectiefverklaring – uitzendorganisatie Randstad, hypotheekverstrekker Obvion en Vereniging Eigen Huis – bekend. Tot voor kort konden flexwerkers voor een hypotheek alleen terecht bij Obvion.

‘De tijd om te kijken naar een vast dienstverband voor een hypotheek is voorbij’, stelt Cynthia Tulp, marketingmanager van Obvion. ‘Kijken naar perspectief is voor banken een betere voorspeller van inkomenszekerheid.’ Vereniging Eigen Huis vindt het goed dat de hypotheekbranche mee ontwikkelt met de trend dat steeds meer mensen een flexibel arbeidscontract hebben.

Tijdelijk contract de norm

Obvion, Randstad en Vereniging Eigen Huis introduceerden de perspectiefverklaring eind 2013 vanuit de overtuiging dat ook flexwerkers een hypotheek moeten kunnen krijgen. Geldverstrekkers behandelden van oudsher vrijwel alleen aanvragen van mensen met een vast contract. Maar tijdelijke contracten zijn steeds meer de norm.

Volgens de initiatiefnemers moet vooral iemands vooruitzicht op werk bepalend zijn bij een hypotheekaanvraag. Daarbij wordt gekeken naar opleiding, werkervaring, competenties, functie, flexibiliteit, woon- en werkregio en de situatie op de arbeidsmarkt.

Vooralsnog komen alleen flexwerkers van Randstad, Tempo Team en Yacht in aanmerking. Inmiddels hebben 167 medewerkers van deze bedrijven een perspectiefverklaring ontvangen. Volgens strategiedirecteur Alje Kuiper van Randstad zijn daarmee al veel huizen gekocht.

Bron: http://www.eigenhuis.nl

Uitvaart kost meer dan Nederlanders denken

Wat kost een uitvaart? De meerderheid van de Nederlanders (65 procent) weet dit niet, blijkt uit onderzoek door onderzoeksbureau Big Data Small onder ruim 1.000 respondenten, in opdracht van uitvaartverzekeraar Axent. Bijna de helft zegt het verschil tussen een uitvaartverzekeraar en begrafenisondernemers niet te begrijpen. Volgens de Consumentenbond kost een uitvaart gemiddeld 7.000 euro. Nederlanders schatten deze kosten ruim 1.000 euro lager in: gemiddeld 5.739 euro.

Bespreekbaar maken

“Mensen stoppen het onderwerp begrafenis weg; ze hebben het er liever niet over”, zegt Dijkstra. “Maar als iemand in hun omgeving overlijdt, gaan ze zich afvragen: hoe heb ik het eigenlijk zelf geregeld?” Op de nieuwe vergelijkingssite Watkostdoodgaan.nl biedt Axent de mogelijkheid om de prijzen te vergelijken van uitvaartondernemers in de eigen regio. “We hopen het onderwerp wat meer bespreekbaar te maken”, zegt Lisa Dijkstra van Axent. “Mensen vergelijken tegenwoordig alles op internet, van de prijzen van steelpannetjes tot vakanties en auto’s. Bij uitvaarten gebeurde dat nog niet, terwijl het toch om duizenden euro’s gaat.”

Meerderheid is verzekerd

Ruim 70 procent van de Nederlanders heeft een uitvaartverzekering, blijkt uit het onderzoek. Alleen weet een kwart niet of dit een kapitaal-, een natura-, of een combinatieverzekering is. Vooral bij naturaverzekeringen geeft slechts 17 procent van de respondenten aan dat ze niet weten wat de dekking inhoudt. “Bij een naturaverzekering wijst de verzekeraar negen van de tien keer een begrafenisondernemer toe”, zegt Dijkstra. “De grote verzekeraars hebben hun eigen uitvaartcentra. Bij een kapitaalverzekering staat de keuze voor de uitvaartmaatschappij vrij.”
Gratis meeverzekerdDe groep mensen die geen uitvaartverzekering heeft, geeft vooral als reden dat ze op een andere manier geld opzijzetten, bijvoorbeeld door te sparen (46 procent). Zij ervaren een speciale verzekering als geldverspilling (16 procent). “Veel mensen hebben een uitvaartverzekering al vanaf hun jeugd”, zegt Dijkstra. “Als ouders een polis afsluiten, zijn kinderen meestal gratis meeverzekerd. Vanaf hun achttiende gaan ze wel premie betalen, maar vaak betalen de ouders dan nog een tijdje door.”

Keuzes maken

Het wel of niet verzekeren van een uitvaart is een keuze die ieder voor zich moet maken, stelt Bram van Eijndthoven van het ING Fiscaal Bureau. “De premie die u betaalt aan een verzekering kunt u niet besteden aan andere zaken. Of een verzekering verstandig is, ligt aan uw financiële situatie. Voor relatief lage premies spaart u een bedrag bijeen voor uw uitvaart. Maar beschikt u al over voldoende vermogen, dan is verzekeren wellicht niet nodig.”

Alternatieven

“Voor de traditionele uitvaartverzekeringen zijn uiteraard alternatieven te bedenken”, vervolgt Van Eijndthoven. “Daarbij valt te denken aan een overlijdensrisicoverzekering, aan zelf sparen, of aan beleggen. Gemiddeld gezien worden we namelijk ouder, wat betekent dat u gedurende een langere periode zelf voldoende vermogen kunt opbouwen. Voordeel van een traditionele uitvaartverzekering is wel dat hiervoor een vrijstelling in Box 3 geldt. Uitvaartverzekeringen waarvan de waarde per belastingplichtige niet meer bedraagt dan 6.859 euro zijn namelijk vrijgesteld. Voor een overlijdensrisicoverzekering geldt wel dat deze een vooraf vastgestelde duur kennen. Overlijdt u na afloop van deze verzekering, dan keert een dergelijke polis niet uit. Deze verzekering zou u desgewenst kunnen aangaan als zekerheid gedurende de periode dat u zelf voldoende vermogen opbouwt voor uw uitvaart.”